
Vrije School: Advent
Op de maandagochtend, na eerste advent wordt er in de kleuterklassen van onze Vrije School een adventstuintje gelopen. Als de kinderen op school komen is het lokaal nog helemaal donker, op een paar kleine kaarsjes na. Vol spanning staan de kleuters met hun ouders te wachten in de gang. Als juffie de deur open doet loopt iedereen voorzichtig naar binnen. Uit een hoekje van de klas hoor je zachtjes de klanken van de harp,
‘Stil nu, stil nu, maak nu geen gerucht’.
Een spiraal van dennengroen ligt op de grond, met in het midden een grote kaars. Als iedereen z’n plekje in de kring heeft gevonden gaat zachtjes de deur open. Drie meisjes in prachtige witte gewaden komen de klas binnen en steken de grote kaars in het midden van de spiraal aan. Een voor een pakken de kleuters hun kaarsje en lopen daarmee naar de grote kaars in het midden. Sommigen durven al alleen, anderen lopen aan de hand van papa of mama.
De adventsspiraal
De dennentakken zijn zo gelegd dat we tegen de klok in naar het midden lopen, en met de klok mee weer naar buiten. In het midden van de spiraal steken we aan de grote kaars, ons eigen kaarsje aan. Op de weg naar buiten worden de brandende kaarsen tussen het dennengroen gezet en zien we hoe we door het grote licht, dat we in het middelpunt vonden, de weg naar buiten kunnen verlichten. Zo kunnen we onze eigen ontwikkelingsweg, die we lopen in het leven, de bewegingen van het in-wikkelen, van zomer naar winter. En het uitwikkelen: van winter naar zomer, in beeld zichtbaar maken en beleven. Onze jongste liep vorig jaar voor laatst het adventstuintje in de kleuterklas. Ik zal het missen, de serene sfeer, de kleine, sloffende voetjes op weg naar de grote kaars in het midden.
Kleine rustpuntjes
Thuis staat de kandelaar die we maakten uit een berkenstam weer op tafel. Mooi in z’n eenvoud, gewoon een halve stam met 4 gaten, eentje voor elke kaars. Op adventszondag mag er, elke week een kaars extra aangestoken worden, tot ze alle vier met hun warme licht de kamer vullen. Bij het avondeten lezen we dagelijks, uit het ‘Licht in de lantaarn’ en volgen we Jozef, Maria en het ezeltje op weg naar de stal. De stal die ze vier jaar geleden samen met papa maakten, toen Jozef nog Jofes heette. Fijn vind ik ze, die tradities die steeds verder ingebed raken in ons gezinsleven. Voorwerpen, met liefde en aandacht, door onszelf gemaakt, die elk jaar weer terugkomen. Kleine rustpuntjes in de toch vaak hectische decembermaand.

